“De Beweging in Huis”. Vlaamse Huizen tijdens het Interbellum
De ervaringen van de Vlaamse frontsoldaten in de Eerste Wereldoorlog en het antiflamingantisme in de jaren twintig werkten als katalysator op de Vlaamse beweging. Nieuwe politieke formaties met een voorheen nooit gezien Vlaams-nationaal programma dienden zich aan. Behalve de volledige vernederlandsing van het bestuur, het onderwijs en het gerecht in Vlaanderen, werd de wens van zelfbestuur steeds duidelijker geformuleerd en gepropagandeerd. De emancipatie van de eigen Vlaamse identiteit kwam in een nieuwe ontwikkelingsfase en raakte alle lagen van de bevolking.
[[{"attributes":{},"fields":{}}]]De nieuwe gedachten en haast revolutionaire aspiraties hadden letterlijk nood en tekort aan onderdak. En omdat de bestaande verenigingslokalen hun deuren sloten, ontstond er een nieuwe infrastructuur, een keten van 'Vlaamse huizen'. In de loop van de twintiger en dertiger jaren van de 20ste eeuw kreeg bijna elk dorp in Vlaanderen zijn Vlaams huis. Een zeventigtal hiervan – vermoedelijk een kleine 10% van het totaal – was in collectieve eigendom van de plaatselijke Vlaamsgezinden. De meeste Vlaamse huizen bleven echter privé-eigendom van met de beweging sympathiserende handelaars. Dankzij dit netwerk konden niet alleen de verscheidene Vlaams-nationale politieke groepen, maar ook de ontelbare door hen opgerichte sociale en culturele verenigingen hun werking organiseren. De geschiedenis van de uitbouw van die gehele infrastructuur bleek behoorlijk complex. Zij weerspiegelt de interne tegenstellingen die de beweging teisterden.
Dit ruim geïllustreerde boek brengt een uit het gezichtsveld verdwenen fenomeen terug in de herinnering.
De publicatie is een van de resultaten van het onderzoeksproject Vlaamse huizen tijdens het interbellum, de eerste bijdrage van het ADVN in het kader van het Museum van de Vlaamse Sociale Strijd (MVSS), Gent. De gegevens over de Vlaamse huizen werden verzameld in een gegevensbank.