VOS / Vlaamsche Oud Strijders / 1914 1918 / K[o]rt[rijk] / Uit de furie van Ieper
ontw.: Marie Demeere, 3 Oude Vestingstraat, Kortrijk; uitv.: Marie Demeere, 3 Oude Vestingstraat, Kortrijk
Vlaginhuldiging, s.d.
[opdrachtgever] Verbond van Vlaamse Oudstrijders, afd. Kortrijk, s.l., [1919-1924] - (VOS-Vlaggen B; nr. 41)
Vlag; 182 x 191 cm; kleur
zijde; incrustatie met borduurwerk; beige-rode franjes
In de broeking staat een vrouw met in haar rechterhand een wapenschild met de 'Vlaamse leeuw', rood getongd en geklauwd, en met in haar linkerhand een speer waaraan de Belgische driekleur wappert. Voor deze vlag bevinden zich twee kleinere soldaten, waarvan de voorste het geweer in aanslag houdt en tegelijkertijd een handgranaat werpt. In de vlucht een monumentale bouw, waarachter een rijzende zon straalt over het grijze veld van de achtergrond (= symbool voor de toekomst). Onder de monumentaalbouw is op een banderol de stadsnaam aangebracht. De ondergrond bestaat uit een graslandschap. In de broektop is het VOS-embleem aangebracht, omkranst met een bloemenkrans van rozen. Aan de onderzijde van deze krans is een strik aangebracht, waarvan de linten naar beneden afhangen. Aan de bovenzijde, rechts van het embleem, bevindt zich een banderol met in rode letters de organisatiebenaming en de data "1914 1918". In de vluchttop wordt deze banderol verstrengeld met twee lauwertakken van hulst. Tenslotte wordt het geheel omkaderd door een rode zoom. Aan de onderzijde van de vlag werd later (in of na 1926) een lap stof aangebracht met de tekst "Uit de furie van Ieper", daarmee verwijzend naar een stormachtige VOS-betoging in Ieper op 27 juni 1926 die door de rijkswacht op een brutale manier werd uiteengeslagen.
Vlaginhuldiging op 1 augustus 1920, met Kortrijk-Kermis. De stad gaf een toelage van 1000 fr. Tegenwerking vanuit liberale hoek. Ten gevolge van de bestorming van het parlement door de oud-strijders op 29.7.1920 trok het gemeentebestuur zich terug uit de organisatie en besloot de vlag niet te overhandigen, wat via officiële affichen aan de bevolking werd meegedeeld. Op de plaatselijke verenigingen werd druk uitgeoefend om niet deel te nemen aan de inhuldiging. De Vossen besloten de vlag toch in te huldigen en een optocht te houden. Op 1 augustus 's morgens misviering en vlaggewijding met gelegenheidsrede door E.H. De Beir, oud-legeraalmoezenier. Optocht met enkel deelname van het Werkersverbond, het Vlaams Verbond, het Vlaamse Front en de VOS-afdelingen. Op de Grote Markt werd verboden de kiosk te gebruiken voor de toespraken. Deze werden vanop enkele tafels gehouden door O. Coessens, hoofdbestuurslid VOS en Leo Scheere, die beiden het stadsbestuur en de bevolking hekelden. 's Avonds gezellig samenzijn in het VOS-lokaal 'De Hert'. De vlag werd tijdens de 20e IJzerbedevaart (20.8.1939) bijgezet in de IJzertoren.